Inleiding

Zie aandoeningen van de hand.

Procedure

Operatie:

Wanneer de aandoening uitgebreid is en de functie van de hand sterk beperkt is, is een operatief ingrijpen aangewezen. Hierbij worden de verhardingen weggenomen. Op die manier kunnen de vingers meestal bijna volledig terug gestrekt worden. Zoals eerder besproken, kan ook na een ingreep deze aandoening terug de kop op steken.

Na een ingreep zullen er zich heel wat draadjes in uw handpalm bevinden. Dit vergt in het begin een iets intensievere wondzorg aangezien de handpalm een plaats is die gemakkelijk zweet. Er wordt een controle voorzien na 1 week om te kijken hoe de wonde geneest en de wondzorg eventueel bij te sturen. Na 14 dagen kunnen de hechtingen meestal worden verwijderd.

Aponeurotomie:

Een tweede mogelijke behandeling is aponeurotomie. Hierbij worden door middel van een naald de strengen verscheidene malen aangeprikt waardoor kleine insnedes ontstaan in de strengen. Hierdoor kan men de vingers meestal beter strekken.  Deze techniek gebeurt onder lokale verdoving, maar wordt tot op heden nog niet toegepast in onze associatie van artsen.

Collagenase:

Een derde en nieuwere behandelingstechniek zijn inspuitingen met collagenase. Dit enzym zorgt er voor dat de harde strengen worden afgebroken en de vingers terug meer gestrekt kunnen worden. Ook deze techniek wordt momenteel nog niet toegepast in onze praktijk.